Doordeweeks is Christiaan desk-accountmanager, in het weekend is hij tekenaar met BIC-pen
Bron: Ronald Kamps 26-01-19, 19:30 (De Stentor/ AD)

Door de week werk je voor de baas. Zet je ’s avonds de wekker en prop je ’s ochtends vier boterhammen in je blauwe broodtrommel. Elastiekje er omheen. Maandag. Dinsdag, Woensdag. Donderdag. Vrijdag. En dan is het weekend: je hobby wordt je werk. Je bent scheidsrechter bij het voetbal, lotusslachtoffer bij de EHBO, trekt de balletjes bij de bingo. Leuk. Weekend.

Christiaan de Boer staat voor het raam van zijn woning aan het Caterplein in Apeldoorn. Buiten hangt de kou in de lucht. De wind snijdt en twee scholieren op de fiets zigzaggen als skiërs langs de ingeklapte parasols van café-restaurant De Babbel.
Achter zijn rug, op de tafel ligt het tekenblok van De Boer. De pentekening op de voorkant laat een olifant zien. Het beest is minutieus uitgewerkt. De aderen in zijn rechteroor vallen op, net als de talloze rimpels op de slurf. Christiaan heeft - zoveel is wel duidelijk - oog voor detail. Of het nu om de afgebroken olifantennagel, het glimmen van de slagtanden of het wat lodderige oog gaat, 
Christiaan ziet het, Christiaan tekent het.

Vlakjes. Kruisjes.
De Boer laat zien hoe dat tekenen in zijn werk gaat. Zijn gezicht hangt vlak boven het papier en zo bouwt hij in streepjes, vlakjes, kruisjes, arceringen zijn tekeningen op. Het liefst werkt hij met daglicht en als dat niet meer lukt, verhuist het bedlampje van de slaap- naar de woonkamer.

BIC-pen
Hij kan wel meer werk laten zien. Zijn vingers trekken de zwarte strik uit zijn tekenmap. De ene 
na de andere balpentekening ziet het daglicht. Waar andere kunstenaars de wereld vatten in aquarel, potlood, krijt of olieverf is De Boer de man van de BIC-pennen. 
U leest het goed. Tekenen met BIC-pennen. Als schrijver kom ik niet verder dan het uiteinde van de pen aan gort kauwen, maar in Christiaans handen krijgen het attribuut iets magisch. Hij brengt de wereld terug tot de kleuren blauw en zwart. De olifant en David Bowie vallen in de eerste categorie. Ze zijn blauwer dan de blauwste hemel. Ray Charles, Prince, Sjaak Swart? Zwart met hoofdletter Z.

Voor het toelatingsexamen moest ik een gloeilamp en een doekje meenemen
Op de middelbare school had Christiaan al tekenen in zijn examenpakket. Hierna zou hij naar het Grafisch Lyceum gaan. Een portfolio had hij echter nog nooit opgebouwd. ,,Voor het toelatingsexamen moest ik een gloeilamp en een doekje meenemen. Moest ik een stilleven maken. Rekening houden met verhoudingen en schaduw.” Het werd ’m niet en zo verdween de liefde voor het tekenen, tot deze zo’n drie, vier jaar geleden weer opborrelde.

Gordel
We lopen naar zijn hal. Naast de deur, als een portier van de plaatselijke dancing, staat bokser Rico Verhoeven op de houten ezel. De wenkbrauwen fronsen, de buik-spieren vormen een wasbordje en aan één hand een bokshandschoen. Onder de gordel bestaat Rico nog uit potlood. ,,Daar zit portretrecht op”, geeft Christiaan aan. ,,Ik heb zijn management gebeld en dat stuurde een foto om te gebruiken.” Ik kijk Rico diep in de ogen. Ik weet dat het een tekening is, maar mijn hoofd twijfelt.
Christiaan tekent waanzinnige portretten – met balpen
Bron: Natalie Polman/foto indebuurt

Hij sluit verzekeringen af voor Centraal Beheer, maar als hij vrij is maakt hij graag tekeningen. Niet met potlood of houtskool – Christiaan de Boer tekent portretten met balpen. 


Christiaan (34) werkt bewust niet voltijds, zodat hij tijd kan besteden aan zijn tekeningen. “Met één tekening ben ik zo een paar maanden bezig. Soms zit ik voordat ik naar m’n werk ga nog te tekenen aan de ontbijttafel”. 


Zijn eerste balpen-portret maakte hij pas drie jaar geleden. “Ik kwam een balpen-kunstenaar tegen op Instagram en was er erg van onder de indruk. Dat wilde ik ook kunnen.” Hij laat de bewuste tekening zien, een paar All-Stars gympies. “Als ik kijk naar wat ik nu maak, zie ik wel verschil.” 


‘Soms zit ik voordat ik naar m’n werk ga nog te tekenen aan de ontbijttafel’ 


Toch is hij niet snel tevreden. “Mensen geven me vaker een schop onder m’n hol omdat ze vinden dat ik er meer mee moet doen. Maar ik ben heel kritisch. Zo staat een eigen website al een tijdje op de planning, maar ik wil dat alles wat erop staat mooi is.” 


De ontdekking van de balpen


Tekenen deed hij altijd al, maar, misschien is het door zijn perfectionisme, om één of andere reden legde hij geen fatsoenlijke verzameling aan van zijn tekeningen. Sterker, hij gooide ze soms gewoon weg. “Ik wilde vroeger naar het grafisch lyceum maar omdat ik niet echt een portfolio had, werd ik niet aangenomen.” 


En dus werd het een studie marketing-communicatie. Maar zijn interesse in kunst bleef. En zo ontdekte hij drie jaar geleden dat de balpen zijn vriend is. “Ik teken altijd met BIC-pennen, die liggen het lekkerst in de hand en hebben de fijnste inkt.


Ook is het papier belangrijk – ik gebruik aquarelpapier, die zuigt de inkt het beste op. Allemaal kennis die hij opdeed dankzij mede-balpentekenaars op internet. En doen, veel doen. “Je leert verschillende technieken en dat je diepte creëert al naar gelang hoe hard je op het papier drukt. En je pen is ook je gum – oftewel je moet niet te hard tekenen zodat je foutjes kunt corrigeren. 


Verder is het vooral “een kwestie van goed kijken”, zegt Christiaan. “Ik teken vaak foto’s na vanaf mijn telefoon. Om alle details goed te krijgen zoom ik in. Dat werkt prima.” 


Geduld


En ja, hij tekent ook in opdracht. “Maar ik neem niet zomaar alle opdrachten aan. Ik moet toch zo’n twee maanden naar een foto kijken, dus dan moet het wel een goede foto zijn en hij moet me aanspreken.” 


Om het voor hemzelf interessant te houden, werkt hij altijd aan meerdere tekeningen tegelijk. “De tekening van Prince ligt al twee jaar, dat kroeshaar van hem vergt heel veel geduld. Zolang kan ik voor een opdracht natuurlijk niet de tijd nemen.”